Nikolaas – het centrum van de ikoon

Nikolaas Nicolaas ikoon

Nikolaas

Nikolaas is op de ikonen door de eeuwen heen vrij duidelijk herkenbaar. Hij kijkt altijd de toeschouwer (min of meer) recht aan. Zijn hoge voorhoofd is een teken van goedheid en wijsheid. Zijn haar is verzorgd en mooi krullend en hij heeft een korte, maar volle ronde baard. Hij is bisschoppelijk gekleed: een bijbel in zijn linkerhand en om zijn schouders een omoforion (bisschoppelijke omslagdoek met drie kruisen). Zijn rechterhand maakt een zegenend gebaar. De stand van de vingers is overigens mede afhankelijk van  het gebied, de periode en de geloofsovertuiging.

In zijn linkerhand heeft hij de bijbel. Bij reisikoontjes is deze bijbel vaak dichtgeslagen. Op deze Russische ikoon staat een parafrase van de Bijbeltekst uit Marcus 3; 7 – 8: ‘Die een talrijke menigte uit heel Judea om zich heen verzamelde.’ Het is een duidelijke verwijzing naar de opdracht van de bisschop Nikolaas om het Woord te verspreiden, zoals Jezus dat deed.

Uit eerbied voor het heilige Woord houdt Nikolaas het boek vast met een rode doek.

Nikolaas wordt meestal afgebeeld zoals ook Christus Pantocrator, de Albeheerser op ikonen staat geschilderd: halffigurig, frontaal, de linkerhand maakt een zegenend gebaar en het Woord / de Bijbel in zijn rechterhand (vanuit de kijker gezien).

Dat Nikolaas zoals Christus Pantocrator afgebeeld mag worden, dankt hij aan zijn onmetelijke verering in Rusland. De bijnaam van Nikolaas is ‘de nieuwe Verlosser’.

Er bestaat een legende dat toen Christus op aarde was, Nikolaas hem begeleidde in plaats van een van zijn apostelen.

Hij kijkt op bovenstaande ikoon niet precies recht naar de beschouwer, maar een beetje naar links, alsof hij ongenode gasten in de kerk of in huis goed in de gaten houdt. Hij is tenslotte niet voor niets de beschermheilige van huis en haard.

Naast de stralenkrans van heiligheid om het hoofd van Nikolaas zien we op wolken Christus aan de rechterkant en de Moeder van God aan de linker. Beiden dragen een voorwerp van zijn bisschoppelijke ambt. Christus zegent Nikolaas en geeft hem de Bijbel. Maria wijst met beide handen naar Nikolaas en draagt een omoforion = de bisschopsstola. Deze stola wordt uit de eerste witte wol van lammeren geweven en bij de wijding over de schouders van de nieuwe bisschop gelegd. Op het omoforion zijn dikwijls drie kruisen geborduurd of geappliqueerd, die de H. Drie-eenheid symboliseren.  

Het verhaal gaat dat Nikolaas de ketterse Arius bij het Concilie van Nicea (325 na Chr.) een harde draai om zijn oren had gegeven. Vanwege dit onwaardig gedrag werden zijn bisschoppelijke tekenen afgenomen en werd hij door keizer Constantijn zelfs gevangen gezet. In de gevangenis bezochten Jezus en de Moeder Gods hem en gaven hem zijn bisschoppelijke tekenen van de bijbel en van het omoforion terug. Een hemelse erkenning dus van het gelijk van Nikolaas.

Wat was er in die jaren gebeurd? Keizer Constantijn had het concilie van Nicea bijeengeroepen, omdat hij eenheid in zijn grote rijk wilde. Er was verdeeldheid binnen de christenen over de aard van Christus, over de wezensgelijkheid van Christus: was hij nu mens / God / of beiden? Arius beweerde dat de H. Drie-eenheid niet zou bestaan, omdat Christus niet waarlijk God is van alle eeuwigheid. Arius probeerde Nikolaas (volgens de legende) vast te praten met de stelling: “Als Jezus   God ook uw vader noemt en u bent, o Nikolaas, door de doop Gods zoon geworden, dan bent u de broer van Jezus. Is deze echter God, dan bent u ook God.” Op zoveel retoriek past slechts een harde oorvijg, vond Nikolaas en werd daarvoor dus door keizer Constantijn gestraft.

Het concilie bepaalde tenslotte dat Christus God en mens tegelijk is, maar het duurde nog zeker een eeuw, voordat de theologie van Arius uit het christendom was verdwenen.

Een andere legende vertelt, dat Christus en de Moeder Gods aan diaken Nikolaas in de nacht vóór zijn bisschopswijding waren verschenen en hem de bijbel en de omoforion gaven. Dat was om Nikolaas te overtuigen, dat hij zijn nieuwe ambt moest aanvaarden.

Nikolaas is zowel in het Westen als in het Oosten zeer bekend. Feitelijk is de afgebeelde Nikolaas een samengaan van twee heilige mannen die Nikolaas heetten. Een van hen leefde in de vierde eeuw en was bisschop van Myra. De ander was in de zesde eeuw abt in het klooster in Sion. Beiden leefden zoals gelovigen dit graag zien. De verhalen en legenden van Nikolaas zijn van christelijke en (erotisch) heidense oorsprong. Niet alleen spraken die tot de verbeelding van de mensen, maar Nikolaas werd ook een nationaal symbool.

De naam ‘Nikolaas’ komt van de samenvoeging van twee Griekse woorden: ‘nikè’ dat ‘overwinning’ en ‘laos’ dat ‘volk’ betekent: overwinning voor en met het volk.

Nikolaas is de nationale heilige van Rusland. Vele Russen hebben zijn afbeelding bij hun deur staan, als bescherming tegen diefstal, brand en ander huiselijke rampspoed. (Zie daarvoor het mapje ‘Verhalen’)

Wanneer de afbeelding van Nikolaas bij de voordeur staat, is het in Rusland gebruikelijk om eerst Nikolaas en daarna de gastheer/vrouw te begroeten.

Het is dus niet verwonderlijk dat Nikolaas ook de beschermheilige van het gezin, kinderen, zeelieden, handelaren en reizigers is. Maar ook van de armen, de onschuldigen, de boeren, de gevangenen en allen die onderaan de maatschappelijke ladder staan.

Nikolaas veroordeelt niemand en hij begrijpt beter dan welke andere heilige de moeilijke situaties, waarin mensen kunnen verkeren.

De oudste schriftelijke overlevering over Nikolaas stamt uit de tijd van de Byzantijnse keizer Justinianus I (527 – 565 na Chr.) Deze beschrijving is deels overgeleverd in de ‘Praxis de Stratelatis’, Handelingen van een soldaat van ene Eustratios uit de 6e eeuw. Hierin is beschreven hoe Nikolaas drie ten onrechte veroordeelde veldheren behoedt voor onthoofding.

Een historische Nikolaas (gestorven op 10 december 564) was abt van het Sionklooster, niet ver van Myra. Van hem is een biografie bewaard gebleven getiteld: ‘Heilige Nikolaas, leven en werken van onze heilige vader Nikolaas, abt van het Sionklooster en bisschop van de stad Pinara’. De monnik die deze biografie schreef kan Nikolaas nog persoonlijk gekend hebben.

De legenden en historische overleveringen van de twee Nikolazen werden door elkaar gebruikt, zodat er in de loop van de eeuwen één Nikolaas uit voortkwam.

In de 11e eeuw werd Myra door de Arabieren (in 1034) verwoest en bleven slechts enkele monniken achter om zijn graf te bewaren. De Byzantijnse keizer Constantinus IX Monomachus (reg. 1042 – 1055) en zijn echtgenote keizerin Zoë bouwden het heiligdom in 1042 met de oude stenen weer op, maar de situatie in de regio verslechterde snel en Lycië werd systematisch verwoest. De relieken (stoffelijke resten) van Nikolaas moesten worden gered en zowel Venetië als Bari spoedden zich naar Myra. Maar de Barinezen waren er het eerst en op 4 september 1087 keerden ze met hun heilige ‘buit’ in Bari terug. De relieken van zo’n bekende heilige betekenen de komst van veel pelgrims, dus veel welvaart voor de stad. Er werd een nieuwe rustplaats voor de heilige gebouwd en de pelgrims stroomden toe. In Myra is nog steeds de aan één kant stukgeslagen tombe te zien, waaruit het gebeente van Nikolaas zou zijn gehaald.

In het Westen is de cultus van Nikolaas geïntroduceerd door de Byzantijnse keizerin Theophanu, echtgenote van de Duitse keizer Otto II. Zij liet aan het einde van de 10e eeuw onder andere in Worms en Nijmegen (Valkhof) kapellen ter ere van Nikolaas bouwen.

Ten tijde van de regering van de Russisch tsaar Nicolaas I (1825 – 1855) kocht Rusland de grond in Myra en bouwde de tsaar een nieuwe kerk boven het (lege) graf van zijn naamheilige. Tussen 1962 en 1965 hebben de Turken de kerk gerestaureerd en sindsdien is Myra weer een bedevaartsoord voor Nikolaasvereerders. Volgens de overlevering zouden er nog steeds botjes van Nikolaas in de basiliek van Myra aanwezig zijn…